Doorgaan naar hoofdcontent

Vakantie tussen Lier & Nijlen en in onze hof

Normaal gebruik ik mijn 'stand-up Antwerp comedy club'- boekje wanneer ik op pad ben. Om tijdens de rustpauzes over de geuren en kleuren van de pas afgelegde route te schrijven. Alhoewel, tijdens mijn laatste wandeltrip bleef het onaangeroerd in mijn rugzak zitten. De heen en terug treinrit was te kort om te schrijven. Sowieso zijn onze treinen niet voorzien op schrijvende mensen. In de nieuwste treinstellen heb je enkel in de eerste klasse op sommige plekken een tafeltje. Eigenlijk zijn die te klein om die benaming waardig te zijn. De laatste wandeltrip ging van start aan het station van Lier. 

Ik nam de trein in Antwerpen-Zuid. Nog geen vijf minuten later stapte ik in Berchem over op de trein naar Lier. Zeven minuten later zette ik mijn voeten op het perron aldaar. Om er met de groene halte wandeling te starten. Voor wie dat niet kent, een groene halte wandeling is een wandeltocht die steeds aan een station of bushalte vertrekt en eindigt. Alhoewel, de vele besparingen bij de vervoersmaatschappij De Lijn gooit hier en daar roet in het eten. Al goed dat Vlaanderen dicht bebouwd is, er is meestal wel een station of bushalte te vinden. 

Van het station van Lier naar dat van Nijlen klinkt niet echt spectaculair. Vooral het eerste deel van de wandeling was heel vertrouwd terrein voor mij. Ooit woonde ik er een aantal jaren. De vest, het begijnhof en het centrum van Lier zijn me heel bekend. Ook de Grote en Kleine Nete, waar ik regelmatig met de fiets langs rijd. 

En toch...de vest en het begijnhof blijven heel fijne plekken om door te wandelen. Ondanks een aangenaam zonnetje was het er heel rustig. Buiten een mama met haar, ik schat 8 à 10 jarige, dochter en een bejaard koppel was er niemand anders te bespeuren. Enkel mijn herinneringen van toen ik 8 a 10 jaar was. Toen waren er nog een paar begijntjes die voor hun huisjes naarstig zaten te kantklossen. Voor de vele toeristen die zo'n geklost werkje als souvenir mee naar huis namen. Je kon er toen ook naar demonstraties van de lokale boogschietclub en verschillende ambachten gaan kijken. 

Bij het verlaten van het begijnhof kwam je in een heel andere wereld terecht, die van Door Van Bouckel. De (of misschien wel  enige) punker van Lier die er een jeugdhuis openhield. Waar muziek door de luidsprekers schalde van het genre dat je niet echt met een begijnhof vereenzelvigt. Vandaag is dat jeugdhuis een respectabele brasserie. 

Lang leven de flexibele werktijden! Ik herinner me nog hoe juist voor het invoeren van die flexibele werktijden bij de stad Antwerpen de toenmalige vakbondssecretaris ons als afgevaardigden poogde te overtuigen om tegen flexibele werktijden te stemmen. Volgens zijn visie zou de werkgever dan kunnen beslissen wanneer te werken en wanneer thuis te zijn. Zo werd het spook gecreëerd van personeel dat tijdens vakantieperiodes geen tijd met hun gezin zou kunnen doorbrengen wegens extra lang werken, en  thuis te moeten blijven op het moment dat de kinderen naar school zijn. 

Normaal zou ik de dag dat ik dit schreef aan het werk zijn. Maar ik besliste om opgebouwde uren op te nemen en zo een paar dagen extra vakantie thuis door te brengen. 

Maar, om terug te komen bij de wandeling Lier - Nijlen: door deze flexibele werktijden kan ik zo'n wandelingen makkelijk inplannen wanneer het rustiger is en ik de drukte kan vermijden. 

Natuurlijk gaat deze wandeling langs de oevers van de Nete. Tussendoor ook langs enkele smallere weggetjes met een aantal vrijstaande landelijke woningen. Wanneer ik door zo'n weggetjes wandel vraag ik me af hoe het leven is wanneer je in zo'n huis woont in plaats van in de drukke stad, en welk beroep je dan moet uitoefenen om jezelf zo'n woonst te kunnen permitteren...

Plots liet de uitgestippelde route me een smal zandweggetje nemen en kwam ik zo weer in een heel andere wereld terecht. De perfecte plek voor een picknick. Met achter mij een bos en het geluid van zingende vogels. En voor mij een groot verwilderd grasveld. Normaal schijf ik tijdens zo'n rustpauzes in mijn boekje. Maar ik genoot zo van het uitzicht, het zingen van de vogels en de stilte tussendoor, dat ik helemaal geen zin had om te schrijven. Ik wou er gewoon zitten, kijken, luisteren en verder niks doen. Zo'n idyllisch plekje had ik tussen Lier en Nijlen niet verwacht. 

Vandaag, een tweetal weken later, nam ik mijn boekje en pen om over onze tuin te schrijven. Meer specifiek over het vakantiegevoel dat ik deze ochtend (ok, middag) kreeg toen ik met mijn latte buiten ging zitten. Twaalf jaar geleden wou ik een gemillimeterd grasveld. Oogt mooi, straalt rust uit en is buiten een wekelijkse maaibeurt weinig werk. 

Nu ben ik blij dat we een ietwat verwilderde goed gevulde tuin hebben. Met mooie bloemen en struiken. Onze rosse kater baant zich dagelijks een weg door het al lang niet meer gemaaide gras, om een nestje onder een van de struiken te maken en er volop van de zomer te genieten. Op zo'n manier dat alleen een kat dat kan. 

Vanaf het terras staat centraal in mijn blikveld onze bijna drie meter hoge vlinderboom. Die dit jaar plots wel vrij veel vlinders, hommels en bijen aantrekt. En daar zat ik dan daarnet naar te kijken, op dezelfde manier als op het bankje ergens tussen Lier en Nijlen. Me de bedenking makend dat het echt niet meer dan dit moet zijn. Waarom zou ik mijn koffers moeten pakken om gestrest met de hele meute naar elders te trekken als het vakantiegevoel in onze eigen tuin, achter de hoek en ons eigen Belgiëlandje ligt?

Dankzij Knack, dat deze zomer gratis het tweedelige boekje 'bijzonder België' aan hun lezers geeft,  is mijn lijst van nog te ontdekken plekken in eigen land deze week nog verder aangegroeid. Dus laat die staycation maar komen...










Reacties

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

In de hoop weer 'gewoon Daisy' te kunnen zijn...

Voor dit portret trek ik naar mijn oude vertrouwde Zurenborg. De Antwerpse wijk waar ik mijn eerste jaren in Antwerpen doorbracht. Ik herinner me nog de avonden op de Dageraadplaats, op een bankje onder een houten afdak. Het was de afspraakplek voor de lokale jeugd. Later werd dat café Zeezicht. In die tijd was het aantal horecazaken daar zeer beperkt. Veel keuze was er niet. Nu is het er helemaal anders, veel cafés en restaurantjes, een deel van de straten rond het plein zijn autovrij. Wat ruimte voor een leuke speeltuin geeft. Een lichtjestapijt boven het basketbalveld wekt de indruk van een permanent zichtbare sterrenhemel.   Je kan er relaxed op een terrasje plaats nemen terwijl je kinderen zich   in de speeltuin amuseren. Je maakt er kennis met de troeven van leven in een stad, zonder broeierige onaangename drukte. Ooit een wijk in verval, met oude huizen die niemand wou. Te kostelijk om ze te renoveren in te isoleren. Nu een van de hipste wijken van ’t stad. Daisy woont er graag,
De belichaming van hoop? De aftrap In de koffiebar van KdG campus zuid vraag ik het haar: of ik haar portret zou mogen schijven. Op zich niet evident, want het is niet dat we zo’n persoonlijk innige band hebben. We kennen elkaar vooral als collega’s. Maar wie verder leest, zal ontdekken dat er wél een link is.   Ze reageert zeer enthousiast op mijn vraag. Voelt zich zelfs vereerd. Heel begrijpelijk, het idee dat iemand interesse in je toont en daar iets mee wil doen is fijn. Ze is de eerste die ik zal portretteren. Ik kan geen uitgebreid palmares aan portretten als referentie voorleggen. Ik apprecieer dat ze me deze kans geeft. Een portret schrijven is een momentopname, in dit geval gebaseerd op een diepgaand gesprek en eerdere ervaringen die ik met Leen had.  Op weg naar Deurne Soit, het is daardoor dat ik op een zaterdagmiddag in winterse koude van Hoboken naar de andere kant van de stad fiets. Het klinkt misschien spectaculair, maar het valt wel mee. Zo groot is Antwerpen nu ook

Mijn 2023 (best op een groter scherm bekijken)